Bewaarschool (1845-1929)
De bewaarschool aan de Duinweg werd door toedoen van de heer W.H. Suringar opgericht, met als doel de bedelende Zandvoortse kinderen van de straat te halen.
Suringar ergerde zich aan het gebedel van de kinderen, en in overleg met de plaatselijke predikant Ds. Swaluë zamelde hij geld in bij andere welgestelde badgasten voor een bewaarschool. Zij kregen veel giften binnen en zelfs de Prins van Oranje schonk bij het openen van de renbaan in 1844 in de waterleidingduinen, een bijdrage.
In totaal werd er 4650 gulden bijgebracht. Op 26 oktober 1845 werd de school met een toespraak door de heer W.H. Suringar geopend. Mevrouw L. Kloos-Kracht werd als hoofd van de school aangesteld en haar dochter fungeerde met Antje en Geertje Koper als helpster. Tot 1883 bleef mevrouw Kloos hoofd van de school, waarna ze werd opgevolgd door mej. Josina A. van den Enden.
In 1850 verrees naast de school, de naaischool van de dames Idsinga en De Mol van Otterloo. In 1885 werd het gebouw van de naaischool door schenking toegevoegd aan de bewaarschool. De bewaarschool had toen 160 leerlingen. Onder leiding van de architect D.E.L. van den Arend, werd de school door aannemer J. Koper voor 675 gulden verbouwd. In 1853 was de overdekte speelplaats verbeterd en vergroot.
De school stond op het terrein nabij de Hogeweg aan de Duinweg, hoek Duinstraat en bleef als zodanig in gebruik tot omstreeks 1929, waarna hij verbouwd werd tot verenigingsgebouw en vergaderruimte. In 1940 is het ingericht tot dienstruimte voor de plaatselijke luchtbeschermingsdienst. Na de oorlog werd het in gebruik gegeven aan de jeugdverenigingen. Het gemeentebestuur liet het verder verpauperen tot het van ouderdom instortte. In 1959 is het gebouwtje, beter bekend als ‘het poppenschooltje’, afgebroken.
(Bron: Nel Kerkman, in Klink, nr. 103, 2006, p.25)


